Kijk- en leestijd ca. 10 minuten
Tekst © Rob Hoen
Soms zijn er van die ansichtkaarten waar je iedere keer opnieuw naar wil kijken. Zomaar, ogenschijnlijk zonder reden. Zonder te weten waarom. Op de een of andere manier heeft deze foto zo’n magische aantrekkingskracht. Als ik in 1963 in Romans geweest was en ik had deze kaart ergens gespot op een ansichtkaartenrekje, dan had ik hem zeker gekocht. Uiteindelijk koop ik hem 54 jaar later online van een verzamelaar. Om te versturen. Maar aan wie eigenlijk? En waarom juist deze en niet een kaart van de dorpskerk? Of van het kasteel? Waarom schrijf ik een verhaal over deze ansichtkaart? Want wat is nu die verleiding? Misschien is het gewoon nieuwsgierigheid.

Het ingekleurde, rimpelloze wateroppervlak van een meertje weerspiegelt een paar bomen en het hotel. Het lijkt hier een oase van rust te zijn. Het kalme leven in het diepe Frankrijk. Misschien logeren er regelmatig sportvissers in het hotel. Maar daar is het meertje eigenlijk te klein voor. Ongetwijfeld komt er af en toe een verdwaalde handelsreiziger of toerist voorbij.
Aan de zijkant staat de Deux Cheveaux van de hotelier geparkeerd. Voor de deur staat een blauw gekleurde Citroën DS van een passant. Er zit iemand in de bijrijdersstoel, zie ik met mijn vergrootglas. Er staan drie vrouwen met een fiets bij het hotel. Ze praten met een man in de deuropening. Dat is misschien wel de chauffeur van de auto. De ansicht is ingekleurd en daar waar de bewerking heeft plaats gevonden neemt de scherpte van het beeld af. Boven de deur rechts staat Épicerie en Tabac. De 
Hotel du Lac in Romans is niet meer. Het gebouw staat er nog wel. Vaag kun je de naam van het hotel nog lezen op de gevel. 
In het hotel zit nu een cateraar, maar waar deze traiteur zijn klanten vandaan haalt is mij een raadsel. Want zoveel mensen wonen er niet in de directe omgeving van Romans. Wel staat er nu een grote bedrijfshal met vrachtwagens aan de achterkant. Misschien is het wel een contractleverancier voor bedrijfskantines.
Wanneer ik weer eens naar deze ansicht kijk, weet ik opeens waarom deze foto voortdurend mijn hersenen prikkelt. Want zonder mij er van bewust te zijn, ken ik die foto! Hij lijkt heel sterk op een schilderij dat ooit aan de muur hing in de woonkamer van mijn Waalse opa en oma in Florennes, 11 Rue Henri de Rohan Chabot. Dat ligt in de Belgische Condroz, vlakbij Dinant, niet ver van de Franse grens. Zij leven al lang niet meer. Als klein kind heb ik vele uren in die woonkamer doorgebracht. Rood behang, met goudkleurige dessins. Glas-in-lood-ramen. Koperen kanonhulzen uit de Eerste Wereldoorlog op de vensterbank, met zand gevuld als vaas voor plastic bloemen. Een kolenkachel. Traag tikkende klokken overal in het huis. De dagen duren hier langer dan waar dan ook. En aan de muur hangt een schilderij. Eigenlijk is het een hele grote ingekleurde foto van een landschap met bomen langs een meertje. Een soort poster avant-la-lettre uit de jaren dertig in een dunne goudkleurige lijst. De bomen worden weerspiegeld in een meertje met daarboven een heldere blauwe lucht met een enkele witte wattenwolk. Als kind heb ik er uren naar gekeken. Ook al gebeurde er niets op het schilderij wat het memoreren waard was.
Maar ik ken het beeld dus. Het is geen bijzonder schilderij. Onbewust lijkt het dat ik al op de plek hier in Romans geweest ben. Als een soort déjà vu. Het schilderij is uiteindelijk bij het grofvuil terecht gekomen. Daarom kan ik het hier niet laten zien. Als ik dat schilderij nooit gekend had, zou ik deze kaart vermoedelijk nooit gekocht hebben. Laat staan dit verhaal schrijven. Maar ik weet nu wel waarom mijn oog valt op deze ansichtkaart van Romans. Misschien biedt het beeld wel een geborgen gevoel van vroeger.
Ik ben ooit jurylid geweest bij de Zilveren Camera. Dat is een prijs voor de beste journalistieke foto van het jaar. En ik volg altijd al het nieuws over World Press Photo. Opvallend vaak kiest de jury winnende foto’s die we op een of andere manier al kennen. Zo is in 2011 de winnaar van World Press Photo een beeld van een gewonde soldaat in Jemen, die verzorgd wordt door zijn moeder. Je kunt de foto naadloos leggen over de Piëta van Michelangelo. Dat maakt ons niet alleen tot luie kijkers, we worden ook minder kritisch. We kijken met onze ogen, maar zien met onze hersenen. Wij maken als het ware een tweede foto van het beeld in onze hersenen. Dan gaat onze opvoeding, genoten onderwijs en culturele achtergrond een rol spelen in de interpretatie van de foto. En we zien wat we willen zien. Was de Piëta van Michelangelo er niet geweest, dan was deze foto nooit de winnaar van World Press Photo 2011 geworden. Er zijn nog talloze winnaars te bedenken die op deze manier een prijs binnen halen. Al zal dat niet met een vooropgezet doel gebeuren. Omdat de fotograaf vanuit een soortgelijke beleving zo’n foto inzendt.


Daarmee is Romans eigenlijk een negorij. Gewoon geïsoleerd van de bewoonde wereld. Het ligt prachtig in het landschap. Het château zelf is een mooi gebouw. De historie druipt er van af. Dat is iets wat Fransen altijd graag zien. Alles tot meerder glorie van de Vijfde Republiek. Als ik er met de auto doorheen rijdt, is het niet meer dan een verzameling van enkele woonhuizen met wat boerderijen. Geen voorzieningen, natuurlijk wel de onvermijdelijke Mairie. Ik zie dat de dichtstbijzijnde grotere stad Bourg-en-Bresse is. Dat is maar twintig kilometer rijden.
Maar die herinnering aan deze kaart van Romans is het enige dat standhoudt. Daarom schrijf ik deze kaart aan mijzelf. En degene die dit leest.
[ezcol_1half]
[/ezcol_1half] [ezcol_1half_end]
[/ezcol_1half_end]



4 gedachten over “Romans 1963”
Oef wat mooi zeg. Dit was m’n eerste FotoSouvenir maar ben nu al fan!
Weer een leuke aflevering!
Nostalgie, weemoed, humor, ironie, het zit er allemaal in, en meer. De moeite waard!
Geweldig al die details bij de foto’s, heerlijk om te lezen.